Zoom video bijeenkomst op 17 aug 2020
Op maandag 17 aug 2020, 13u00, is videobijeenkomst nr 4 gehouden. Er waren 13 deelnemers (Evert, Bart en Frans, Hans R., Krijn, Carel, Theo, Paul, Anton, Piet, Ger, Emile, Ronald). Hans Scheffers heeft tevergeefs geprobeerd in te loggen.
Degenen die de real live bijeenkomst bij Van Ouds ‘t Nest hebben bijgewoond maakten hun blijdschap daarover kenbaar. Niet alleen blij met het weerzien van elkaar, maar ook daarna met het feit dat dit zonder schadelijke gevolgen is gebleven.
En gelukkig kon onze voorzitter, Anton, vertellen dat de onlangs op hem uitgevoerde katheterisatie zonder problemen is verlopen en dat de kransslagaderen van zijn hart in prima conditie zijn.
Presentatie
Na het bijpraten volgde een presentatie van Evert van de Graaff. Evert was namelijk enige tijd geleden naar het Teylers museum in Haarlem geweest. Een museum met onder andere het 18e-eeuwse ‘rariteitenkabinet’.
Als geoloog ging zijn belangstelling vooral uit naar de fossielen. En één daarvan trof hem in het bijzonder: De “homo diluvii testis et theoscopos“, wat letterlijk betekent: de mens, getuige van de zondvloed en die God heeft gezien.
Daar ligt een fossiel met het geraamte van een reuzensalamander, dat lange tijd is aangezien als het geraamte van een mens, die was overleden tijdens de zondvloed omdat er op de ark van Noach geen plaats voor hem was. Althans zo dacht Johann Jakob Scheuchzer, arts en natuuronderzoeker, over het door hem in 1725 in een steengroeve bij het Duitse Öhningen gevonden fossiel. Hij was ervan overtuigd dat fossielen overblijfselen van planten en dieren zijn die de zondvloed niet hadden overleefd en meende daarom dat er ook menselijke fossielen te vinden zouden moeten zijn. Deze waren echter nog nooit gevonden. Hij was verheugd toen hij de menselijke resten dacht te zien in het in Duitsland gevonden fossiel. Hij publiceerde (in 1726), 4032 jaar na de zondvloed, een afbeelding en beschrijving van deze ‘mens’.
Het fossiel werd in 1802 door museumdirecteur Martinus van Marum gekocht, voor 14 Louis d’or (ca 18 x het jaarloon van een arbeider!).
De Franse anatoom Georges Cuvier dacht dat het om een grote salamander ging. In 1811 kreeg hij toestemming om het fossiel in Teylers Museum verder uit te beitelen. Hij voorspelde de plaats waar de voorpoten van de salamander tevoorschijn zouden moeten komen. Zijn voorspelling bleek inderdaad uit te komen.
Reuzesalamander, L=0,75 – 1,50 m
Dit laat de verschuiving van het wereldbeeld zien (het verlichte denken tegenover het scheppingsverhaal in Genesis).
In recentere tijden is voor romanschrijver Karel Capek (geb. in Praag) de “homo diluvii testis” een inspiratiebron geweest voor een satire op de opkomst van de Nazi’s. Het resultaat is te zien in zijn boek “Oorlog met de salamanders”.
Links:
- https://www.youtube.com/watch?v=YAMZt2CQSLQ
- Recensie boek “Oorlog met de salamanders”
Auteurs: Emile & Ronald